De Democratische Republiek Congo: dit masker wordt gedragen door Chokwe-vrouwen tijdens ceremonies. De Chokwe-stam verbouwt maniok, cassave, yams en pinda's. Tabak en hennep worden ook verbouwd voor snuiftabak en maïs wordt verbouwd voor bier. Er wordt gedomesticeerd vee gehouden, waaronder schapen, geiten, varkens en kippen. Eiwit wordt toegevoegd door te jagen. De landbouw wordt bijna uitsluitend door vrouwen gedaan. Slash- en verbrandingstechnieken en vruchtwisseling worden toegepast om het land op natuurlijke wijze te behouden. De Chokwe erkennen Kalunga, de god van de schepping en opperste macht, en een reeks van natuur- en vooroudergeesten (‘mahamba’). Deze geesten kunnen tot het individu, de familie of de gemeenschap behoren, en als je ze verwaarloost, zal dit zeker leiden tot persoonlijk of collectief ongeluk. Boze geesten kunnen ook worden geactiveerd door tovenaars (wanga) om ziekte te veroorzaken, en dit moet worden tegengegaan om weer gezond te worden. Om dit te bereiken, overleggen individuen met een waarzegger (‘nganga’), die probeert de oorzaak van het probleem van de patiënt te achterhalen. De stam leeft in het zuidwesten van Congo (Zaïre), Angola en Zambia. Hun bevolking is ongeveer 1,16 miljoen. Ze spreken een Bantu-taal die ‘Wuchokwe’ heet.